Uit recent onderzoek blijkt dat Nederlandse jongeren steeds minder vaak een boek oppakken en nog minder vaak een boek in het Nederlands. Gemiddeld besteden tieners nog maar zo’n kwartier per dag aan lezen in hun vrije tijd. Vooral in de bovenbouw van de middelbare school neemt het aantal lezers sterk af. Waar kinderen op de basisschool vaak nog met plezier boeken verslinden, haken veel jongeren in de puberteit af. Sociale media, series en games winnen het van de wereld van papier of de e-reader. Toch groeit ook het besef dat lezen onmisbaar blijft. Wie regelmatig leest, ontwikkelt een grotere woordenschat, scherpt zijn taalgevoel en kan zich beter concentreren. Onderzoekers waarschuwen dat de dalende leescijfers gevolgen hebben voor de schoolprestaties van jongeren. Lezen versterkt niet alleen de taalvaardigheid, maar helpt ook om verbanden te leggen, kritisch te denken en verbeeldingskracht te ontwikkelen. Minder lezen betekent minder oefenen, en dat maakt het voor veel leerlingen steeds moeilijker om teksten goed te begrijpen.
Onze school neemt deze signalen serieus en probeert het lezen en taalvaardigheid op allerlei manieren te stimuleren. In lessen worden regelmatig momenten ingelast om gezamenlijk te lezen, zodat leerlingen ervaren dat een boek lezen niet alleen een individuele bezigheid hoeft te zijn, maar ook gedeeld kan worden. Tijdens uitvaluren wordt structureel tijd vrijgemaakt om rustig in een Nederlandstalig of in het Nederlands vertaald boek te duiken. Daarbij staat leesplezier voorop: leerlingen mogen zelf kiezen wat ze lezen, variërend van spannende jeugdboeken en meeslepende young adult-literatuur tot klassiekers en moderne pareltjes uit de Nederlandse literatuur die ze op hun persoonlijke literatuurlijst voor Nederlands in de bovenbouw mogen zetten. Non-fictie lezen, in boekvorm of in een (populair-)wetenschappelijk tijdschrift, mag ook gelezen worden.
Dit jaar is daar bovendien de Woord van de Week challenge bijgekomen. Elke lesweek gebruikt het docententeam een nieuw schooltaalwoord zo veel mogelijk, in een betekenisvolle context. Aan de leerlingen de uitdaging om zowel het woord als de betekenis te achterhalen en deze als eerste door te geven aan de jury van deze wekelijkse challenge. Zij zijn daardoor extra gericht op de woorden die hun docenten gebruiken en voegen per week zo meer woorden toe aan hun schooltaalwoordenschat dan alleen het woord van de week.
Door lezen en taal op deze manier te benaderen, niet alleen als verplichting maar ook als iets waar je lol aan kunt beleven, hoopt Beekvliet het plezier in boeken en taal verder te vergroten. In een tijd waarin jongeren steeds minder vaak uit zichzelf naar een boek grijpen, is het belangrijk om momenten te creëren waarop lezen en taal vanzelfsprekend onderdeel zijn van de schooldag. Zo krijgt iedereen de kans om opnieuw te ontdekken dat taal je de wereld beter doet begrijpen en een boek je kan meenemen op reis, naar werelden en avonturen die je nergens anders vindt.

Samen lezen in de warme herfstzon